Op de plaats van het monument MasiusDe edele en geliefde bisschop van Myra stond op het altaar in rijk bisschoppelijk gewaad uitgedost. De altaar-stichting is zeer oud. Van onheugelijke tijden was "Sinterclaes" het gilde-altaar der kramers en kooplieden in den uitgebreidsten zin. Het St Nicolaas-choor was een belangrijk onderdeel der kerk, en dit altaar nam een beduidende plaats in bij de parochiale diensten.Het schijnt, dat dit oude altaar tijdens den Protestantschen tijd nooit geheel is weggebroken. Wel heeft men het blijkbaar geseculariseerd. In 1658 schilderde zekere J. de Langhe een achterwand, waarop behalve Bijbelsche spreuken enz. om goed gewicht te hebben en juiste maat te geven, allerlei handelsartikelen geschilderd waren. Deze opbouw, in 1821 nog steeds het "Altaar van den Ambacht" genoemd, bevindt zich thans in het Centraal Museum te 's Hertogenbosch.
| 334 |
14. Nicolaas. Kramers en slagers. | 373 |
Het altaar van Nicolaus behoorde aan de gilden der kramers en vleeschhouwers en had twee beneficiën, die den 5 julij 1524 door Gerard van Croy en deszelfs huisvrouw Heilwich gesticht waren, en waarvan de kapitteldeken en de kerkmeesters, volgens beschikking van paus Leo X, beurtelings het begevingsregt uitoefenden. | 201 |
7. Op de plaats waar thans het zeventiende-eeuwsch grafmonument van Mgr. Gijsbertus Maas, den vierden bisschop van Den Bosch, die 11 Juli 1614 stierf, is geplaatst, stond het altaar van den H. Nicolaas. Zooals we reeds meedeelden, was deze heilige de beschermer van de kramers en de slagers. Waarschijnlijk was het „sente Claes altaer” het oudste „gildealtaar” dat de St. Janskerk heeft gekend. Reeds in de zuidelijke rotonde van de Romaansche kerk, was een altaar ter eere van St. Nicolaas aanwezig. Daar vermoedelijk geen corporaties vóór 1300 bestonden, werd het altaar waarschijnlijk uit private devotie opgericht en later door het ambachtsgilde der kramers en der slagers bijzonder gedoteerd of met een nieuw beneficie begiftigd. Ook in de gothieke kerk van omstreeks 1280 komt het altaar voor. Eerst na den afbouw van het Sint Nicolaas-koor omstreeks 1405 verhuisde het naar de juist aangewezen plaats. In het parochiale leven heeft het altaar langen tijd een belangrijke rol gespeeld. Sinds 1405 had de zielzorgende geestelijkheid in het Sint Nicolaas-koor zijn „presbyterium” en werden hier in de Vasten de vasten-predikaties gehouden.1 | 241 |
Noten | |
1. | Mosmans, St. Janskerk, blz. 33, 99 en 434; Hezenmans, St. Janskerk, blz. 330. |
1406 |
Kapittel 26. Schenkingen van wijnen aan den altaar van Sinte Claas, etc.
R.A. van Zuijlen, Inventaris der Archieven van de Stad
|
|
1496 |
Kapittel 13. Schenkingen van wijnen aan de 5 kloosters en aan den Rector van St. Nicolaas altaar op de Hooge feestdagen.
R.A. van Zuijlen, Inventaris der Archieven van de Stad
|
J.H. van Heurn, Beschrijving der Stad 's-Hertogenbosch (2022) 126